De maand juni staat bekend als Pride-maand; een maand gewijd aan het vieren van LHBTQ+ gemeenschap en aandacht te vestigen op de strijd die er voor LHBTQ+ rechten is gestreden. We schreven een korte Pride-maand serie, met een inhoudelijk blog over de geschiedenis van Pride-maand en van de representatie van LHBTQ+ mensen in de politiek en twee interviews met politici Dinah Bons, raadslid voor Amsterdam BIJ1 en openlijk trans vrouw, en Kim van Sparrentak, Europarlementariër voor GroenLinks en openlijk lesbisch.
Interview door Floortje Fontein.
Kim van Sparrentak, lesbische cis-vrouw, is met haar 32 jaar de jongste Nederlandse Europarlementariër. Tijdens haar studie werd zij actief bij politieke jongerenorganisaties DWARS en de Europese Jonge Groenen. In 2019 kwam zij met voorkeursstemmen in het Europees Parlement. Ze vertelt hoe haar identiteit een rol speelt in haar politieke carrière: “Het geeft me een beter idee hoe het is om niet binnen de norm te passen, waardoor ik beter met een intersectionele bril naar wetgeving kan kijken. Daarnaast geeft het feit dat ik out and proud ben veel mensen hoop. Ik vertegenwoordig naast Nederlanders ook mensen uit Polen en Hongarije, waar LHBTQ+’ers door hun eigen regering niet als gelijkwaardig worden gezien. Ik hoor vaak dat het veel steun geeft, dat wij in Europa wel voor hun rechten opkomen.”
Waarom ben je politiek actief geworden?
Vanwege mijn activisme en omdat ik representatie belangrijk vind. Van jongs af aan was ik al bezig met rechtvaardigheid voor mens en milieu. Al tijdens mijn studie werd ik lid van DWARS, omdat ik mijn klimaatactivisme wilde combineren met politieke verandering maken. Bij DWARS, een politieke jongerenorganisatie, kon ik dat combineren: je organiseert een actie op straat en daar nodig je politici bij uit, die jouw verhaal weer meenemen in hun politieke werk. Na mijn studie heb ik bij een aantal milieuorganisaties gewerkt en bleef ik actief bij de Europese Jonge Groenen, de jongerenorganisatie van de Europese groene partij. Daar heb ik andere jongeren getraind en aangemoedigd om zich te kandideren, omdat wij jonge mensen het hardst worden geraakt door klimaatverandering. Toen ik voorzitter van de Jonge Europese Groenen werd, zeiden mensen tegen mij: waarom kandideer jij je niet? Toen dacht ik: Waarom niet!
Had jij twijfels over politiek actief worden?
Ik twijfelde vooral of ik in die wereld zou passen; dat mensen liever iemand met een saaie bob en een mantelpakje zouden willen zien dan mij. Maar door andere vrouwelijke politici zoals Alexandria Ocasio-Cortez, Iiris Suomela, Terry Reintke en Jacinda Ardern zag dacht ik: Hé! Dat is dus wel een plek voor mensen zoals ik. Daarom is representatie ook zo ontzettend belangrijk, je moet jezelf kunnen herkennen in mensen die in de politiek zitten. Te lang hadden meisjes en vrouwen niemand om zich in te herkennen in de politiek, dat is aan het veranderen.
Met welke politieke onderwerpen houd je je bezig?
Ik hou me bezig met digitalisering, sociaal Europa en gelijkwaardigheid. Ik werk bijvoorbeeld aan de Europese AI-wet over kunstmatige intelligentie, waar ik me inzet om discriminatie en vooroordelen in algoritmes te voorkomen, maar ook aan een mensenrechten-toets die moet helpen voorkomen dat een drama zoals de toeslagenaffaire, waarbij mensen door het algoritme van de Belastingdienstautomatisch als fraudeur bestempeld werden, nooit meer kan gebeuren. Ook automatische gender-herkenning en biometrische surveillance probeer ik via wetgeving aan te pakken.
Ongelijkheid is dus een rode draad. Speelt jouw eigen identiteit als lesbische vrouw daarin mee?
Ik denk dat het op twee manieren een rol speelt; het geeft me een beter idee hoe het is om niet binnen de norm te passen, waardoor ik beter met een intersectionele bril naar wetgeving kan kijken. Daarnaast is het natuurlijk het feit dat ik out en proud ben mensen veel hoop geeft. Ik vertegenwoordig in het Europees Parlement niet alleen Nederlanders, maar ook mensen uit Polen, die in een “LHBT+-vrije zone” wonen, Hongaren waar vorig jaar een anti-LHBT+-wet is ingevoerd. Hun eigen regeringen proberen hun rechten in te perken omdat ze niet als gelijkwaardig worden gezien, maar ze zien dat er op Europees niveau wel mensen voor ze opstaan. Ik hoor vaak dat dat veel steun en vertrouwen aan mensen geeft, dat wij hier wel voor hun rechten opkomen.
Waarom maakt LHBTQ+-representatie in de politiek uit?
In een democratie zou de politiek een afspiegeling van de samenleving moeten zijn, dus is het niet meer dan logisch dat ook LHBT+’ers in de politiek zitten. Naast inhoudelijke kennis nemen wij ook de ervaring van LHBTQ+-zijn mee in ons werk. Dat geeft soms andere perspectieven op wetgeving. En aangezien we nog behoorlijk wat stappen te gaan hebben om volledig gelijkwaardig te zijn voor de wet en in de maatschappij zijn meer LHBTQ+’ers in de politiek hard nodig!
Pride-maand thema
Wat is de historie van Pride-maand? En hoe is het om openlijk LHBTQ+ te zijn in de politiek? Lees hier de drie Pride-blogs, met een inhoudelijk historisch stuk over Pride-maand en een interview met Dinah Bons, raadslid voor Amsterdam BIJ1 en trans vrouw.
Meer weten?
- COC Nederland – Stagnatie bij LHBTI emancipatie in Nederland is zorgelijk
- Reynolds, A. (2013) – Representation and Rights: The Impact of LGBT Legislators in Comparative Perspective. The American Political Science Review.
- Stuk Rood Vlees – Representatie en rechten van LGBT: De gevolgen van parlementaire vertegenwoordiging van Lesbiennes, Homosexuelen, Bisexuelen en Transgenders